*
1
Een onafzienbaar groen
veld. Zoveel gras heb ik nog nooit gezien. Aan het eind van oma’s achtertuin
zit ik tussen de buurkinderen. Op het
strookje langs het grasveld, verder mogen we niet. We kijken naar grote
kinderen in witte kleren. Kunnen kleren wit
zijn? Dat heb ik nog nooit gezien. Korte rokken dragen ze, korte broeken,
hagelwitte bloesjes. Ze lachen en roepen.
Rennen en gooien met ballen. Zwaaien met slingers. Een buurkind durft
zomaar een aanrollende bal terug te brengen. Hij wordt teruggestuurd. Het
grasveld is verboden terrein. Het is van het Lyceum, de grote school achter het
veld. Waar ze vandaag schoolfeest vieren. Omdat de koningin jarig is. De zon
schijnt, dat hoort erbij.
Ik ben ook jarig, net als de koningin.
Wat is jarig? Wat is een koningin? Wij vieren Koninginnedag bij oma met de tantes en een oom. Ik ben vaak bij oma. Mijn ouders hebben nog geen eigen huis. We wonen in bij een mevrouw. Daar is weinig ruimte voor kinderen. Bij oma kan ik spelen in de lange tuin vol gras. Met mijn neefje dat net kan lopen. Tussen de bessenstruiken en onder de perenboom loopt een smal paadje. Helemaal naar het grasveld van het Lyceum. Meestal mag ik niet zo ver komen. Vandaag wel.
Wat is jarig? Wat is een koningin? Wij vieren Koninginnedag bij oma met de tantes en een oom. Ik ben vaak bij oma. Mijn ouders hebben nog geen eigen huis. We wonen in bij een mevrouw. Daar is weinig ruimte voor kinderen. Bij oma kan ik spelen in de lange tuin vol gras. Met mijn neefje dat net kan lopen. Tussen de bessenstruiken en onder de perenboom loopt een smal paadje. Helemaal naar het grasveld van het Lyceum. Meestal mag ik niet zo ver komen. Vandaag wel.
Als ik weer jarig ben
wonen we nog steeds in, we gaan weer naar oma. De zon schijnt niet, er zijn
geen kinderen op het veld. Het is geen feest. Is de koningin niet meer jarig? Nee
er is nu een andere. Binnen mag ik zwart-wit foto’s in de Libelle bekijken. Van
de nieuwe koningin en haar gezin. Dezelfde mevrouw als op het fotootje in moeders
tas. Een mevrouw met drie prinsesjes. In Canada, toen het oorlog was. Alleen is er nu een baby-prinses
bij, met blote voetjes. En een meneer. Die heet prins. ‘O’ zeg ik.
Toch blijft het mijn
verjaardag. En de nieuwe koningin is nu mijn koningin. Al is ze op een andere
dag jarig. De foto’s vergeet ik nooit.
2
Een grijze ochtend in
april. Koninginnedag. Troonswisseling. Het zal wel. Uit de radio komen flarden
van een verslag over de achterkant van de feestelijkheden. De krakersrellen,
het traangas, de mensen die zich in huizen verstoppen. Hijgende journalisten
die zich met microfoon en al in het protest mengen. Wat gebeurt er, waarom doet
u mee. Wat gaat er door u heen. Die verslaggeving zegt me meer dan de inhuldiging
van ‘de nieuwe’. Koningsgezind ben ik niet. Er is het begin van een economische
crisis die bij mij al jaren zijn schaduw vooruitwerpt. Er is een samengeraapt
gezin, vol liefde maar problematisch. Er is een regelmatig werkeloze
echtgenoot. Er hangt een afkeuring boven mijn hoofd. Er is elke maand te weinig
geld. Een fractie van wat het feest kost
zou zoveel mensen kunnen helpen.
Wordt er op scholen extra
aandacht aan de troonswisseling besteed? De kinderen krijgen een tweekoninginnenlepeltje.
Die sieren nog jaren het lepeldoosje. Meer
herinner ik me niet. Troonswisseling, koningin, het zal wel.
3
Na drieëndertig jaar ben
ik nog steeds niet koningsgezind. Ook geen republikein trouwens. Ben niet
‘iets’. Alleen wars van hypes op ieder gebied. Boeken, liedjes, films, kleding.
Alles wat je ‘moet’ gezien gehoord, gedaan of gewoon hebben. Schouderophalend zie
ik opnieuw het gedoe aan. Toegegeven, een koning vind ik niks, dat wordt even
slikken. Nederland hoort een koningin te hebben. Voor de aftredende vorstin heb
ik een enorm respect gekregen. Wie kan
haar evenaren, laat staan vervangen. Haar eigenzinnigheid, kennis en wijsheid.
Een Persoon, soms maar node passend in het opgedrongen -en bewust aanvaarde- keurslijf. Toegegeven, ik bewonder haar. Maar
koningsgezind is weer een stap verder. Toch doe ik op mijn manier mee aan de
anti koningslied hype. Wat een beledigende draak van een lied. Het is te hopen
dat de nieuwe koning het kinderenvoorkinderen stadium ontgroeid is. Pas als kleinzoon zegt
dat vrijdag de koningsspelen zijn kom ik bij zinnen. Is het al zover? Ik leef geloof
ik buiten de tijd. Dan is binnenkort de
allerlaatste Koninginnedag. Of eigenlijk is die al geweest, vorig jaar, zonder
dat ik het wist. Als mij dan ook nog gevraagd word of ik tv ga kijken bezin ik
mij. Wil ik dat?
Een troonswisseling die
wereldwijd gezien wordt als uniek. Aangezien onze vorst niet heerst maar verantwoordelijkheid
draagt namens de regering. Namens het volk, hoe abstract dat begrip ook is.
Moet ik me daar schouderophalend van af blijven maken? Achterstallige
nieuwsgierigheid komt boven. Hoe waren de andere abdicaties? De
troonswisselingen? De moderne media voorzien in de informatie die ik zoek. Ik
begin met de inhuldigingsbeelden uit 1980. Zie ze voor het eerst. Hoor voor het
eerst de officiële kant van het verhaal.
De eerste officiële toespraak van de koningin. Mijn bewondering stijgt, ik merk dat daarin al alle elementen voorbijkomen die haar regeringsperiode hebben gekenmerkt.
Geen vijanddenken maar respect voor andere meningen. Zorg voor zwakkeren. Rol
van moederschap gecombineerd met een zware baan. Nooit eerder zo bewust gehoord.
Wat een consistentie in denken en beleid. Wat een rolmodel is ze, in meerdere
opzichten. In hoeverre is de koningin dienaar van de regering geweest? Hoe vaak
heeft ze haar eigen overtuigingen gevolgd? Met terugwerkende kracht neem ik
bewonderend een heel hoge hoed af voor deze vorstin.
Haar zoon een goede
vorst? Aan zijn opvoeding zal het niet liggen. Ik krijg er iets meer vertrouwen
in.
De koningin van mijn dag
was Wilhelmina en werd naadloos Juliana. Maar met de abdicatie voor de deur
daagt het besef dat ongemerkt Beatrix mijn echte koningin is geworden. De
troonswisseling is geen hype. Het gedoe eromheen wel, dat is waar. Maar gaat
hier om een historisch moment. Een
verbinding tussen verleden en toekomst. Misschien moet ik dat eens heel bewust
gaan meemaken.
*
2 opmerkingen:
zo mooi!
Als rechtgeaarde republikein kijk ik ook met gemenge gevoelens naar alle drukte en romantisch gedoe rondom de abdicatie en de kroning. Maar soms ben ik toch ook nog een klein meisje die opgegroeid is met sprookjes. En daar refereert de dag van morgen toch wel aan. Morgen ben ik weer even een klein meisje die een prentenboek van koningen en koninginnen bekijkt, prinsen en princessen. Ik heb nog net, net als vroeger, geen oranje vlaggetje in de hand.
Een reactie posten